Strak, vlak en onmisbaar: zo leg je de perfecte dekvloer

Je bent aan het verbouwen. Je hebt je droomvloer al helemaal uitgezocht: dat prachtige visgraat parket of die stoere tegels. Fantastisch! Maar wacht even. Voordat je die kunt leggen, heb je de geheime held van elke verbouwing nodig: een perfecte dekvloer. Het is de onzichtbare basis die het verschil maakt tussen een strakke droomvloer en een teleurstelling. Maar hoe pak je dat aan, en waar moet je op letten?

Wat is die onzichtbare held eigenlijk?

Een dekvloer (meestal een zandcementvloer) is die cruciale laag op je constructievloer. Het is de laag die alles waterpas maakt, de perfecte hoogte creëert en, heel belangrijk, waarin je vloerverwarming wordt weggewerkt. Het is letterlijk het fundament voor je uiteindelijke vloerbedekking. Specialisten zoals Zwanenburg Afwerkvloeren besteden hier zoveel aandacht aan omdat ze weten: als deze basislaag niet 100% vlak is, zie je dat straks gegarandeerd terug in je dure parket.

Een schone start is het halve werk

Je kunt niet zomaar beginnen met mixen en storten. De ondergrond moet brandschoon, droog en vetvrij zijn. Elk los stukje gruis kan de hechting verpesten. Wat je ook doet: zet de hoogte uit! Plaats latten langs de muur of op de vloer die exact waterpas staan. Deze latten zijn straks je gidsen bij het afreien (het gladstrijken). Dit is precisiewerk, maar het bespaart je later enorm veel frustratie.

De fatale fout: een te natte mix

Hier gaat het voor de doe-het-zelver het vaakst mis. We denken: hoe natter, hoe makkelijker het smeert. Fout! De perfecte mix voor een dekvloer heet aardvochtig. Wat is dat? Het moet aanvoelen als vochtig zand op het strand, als je er een bal van knijpt, moet die net aan elkaar blijven plakken, maar niet druipen. Een te natte mix krimpt veel meer tijdens het drogen en wordt zwakker, wat kan leiden tot scheuren.

Het geduldspel na het zware werk

Heb je de specie aangebracht en het perfect vlak getrokken met een lange lat? Dan begint het echte werk: het dichtschuren (afpleisteren) met een spaan voor een mooi glad oppervlak. En daarna? Het allermoeilijkste onderdeel van de klus: wachten. Een dekvloer moet drogen, en de vuistregel is vaak een week per centimeter dikte. Probeer dat droogproces niet te versnellen met kachels, je hebt geduld nodig voor een keihard eindresultaat.